Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD) history is characterized by episodes of exacerbation of varying severity, featured by acute worsening of respiratory symptoms, commonly precipitated by respiratory tract infection. The recent ERS/ATS clinical practice guidelines strongly recommend the application of non invasive ventilation (NIV) for patients with acute respiratory failure (ARF) leading to acute or acute-on-chronic respiratory acidosis (pH 7.35) and not for those patients with acute exacerbation of COPD (AECOPD) and hypercapnia who are not acidotic. In recent years, High-Flow through Nasal Cannula (HFNC) has been introduced in the clinical practice. We designed the present systematic review of the literature to assess all effects of HFNC use reported in exacerbated COPD patients. In this setting, HFNC is able to keep PaCO2 unmodified, while oxygenation slightly deteriorates as opposed to NIV. Furthermore, the work of breathing is reduced with HFNC by a similar extent to NIV, while it increases by 40-50% during conventional oxygen therapy (COT). HFNC is also reported to be more comfortable than COT and NIV. Despite these results, little and limited evidence for improved clinical outcomes is currently available.
Chronische obstructieve longziekte (COPD) wordt gekenmerkt door episoden van exacerbatie van wisselende ernst, gekenmerkt door acute verslechtering van de ademhalingssymptomen, gewoonlijk uitgelokt door een infectie van de luchtwegen. De recente ERS/ATS richtlijnen voor klinische praktijk bevelen sterk de toepassing van niet invasieve ventilatie (NIV) aan voor patiënten met acuut respiratoir falen (ARF) leidend tot acute of acute-on-chronische respiratoire acidose (pH 7,35) en niet voor die patiënten met acute exacerbatie van COPD (AECOPD) en hypercapnie die niet acidotisch zijn. De laatste jaren is de High-Flow through Nasal Cannula (HFNC) geïntroduceerd in de klinische praktijk. Wij ontwierpen deze systematische review van de literatuur om alle effecten van HFNC gebruik gerapporteerd in exacerbated COPD patiënten te beoordelen. In deze setting is HFNC in staat om PaCO2 ongewijzigd te houden, terwijl oxygenatie licht verslechtert in tegenstelling tot NIV. Bovendien wordt de ademhalingsarbeid met HFNC in dezelfde mate verminderd als met NIV, terwijl deze met 40-50% toeneemt bij conventionele zuurstoftherapie (COT). HFNC zou ook comfortabeler zijn dan COT en NIV. Ondanks deze resultaten is er momenteel weinig en beperkt bewijs voor betere klinische resultaten.