Wat is het effect van warmte kompressen in vergelijking met koude kompressen op de complicaties bij een patiënt met een subcutaan infuus?

Upload 7 januari 2024.

Inhoud

Basisgegevens

Auteurs

  • Peter Vink, docent, coach werkzaam bij omni cura ACADEMY,
  • Rebecca de Graaf, verpleegkundige werkzaam bij Tergooi MC,
  • Annelies Haandrikman, verpleegkundige werkzaam bij Tergooi MC

Autorisators

  • Peter Vink

Stap 1: Ask

Klinisch Scenario

Tijdens de verzorging van een prematuur geboren baby zie ik dat het infuus subcutaan gelopen heeft. Samen met mij collega verwijderen we het infuus en zien we dat er inmiddels al een grote blaar op het voetje zit. Mijn collega wil het voetje koud verbinden en hoog leggen terwijl ik afvraag of dat de juiste aanpak is. De arts is er juist van overtuigt dat het warm verbonden moet worden. Er blijkt geen duidelijke richtlijn voor te zijn.

PICO

  • P:
  • I:
  • C:
  • O:

De Vraag

Wat is het effect van warmte kompressen in vergelijking met koude kompressen op de complicaties bij een patiënt met een subcutaan infuus?

Stap 2: Acquire

Tabel van Terminologie

Niet ingevuld.

Zoekacties

Geïncludeerde Studies

  1. Dufficy, M, Takashima, M, Cunninghame, J, Griffin, B R, McBride, C A, August, D, Ullman, A J. (2022) Extravasation injury management for neonates and children: A systematic review and aggregated case series. Journal of hospital medicine 17(10), 832-842.
  2. Gopalakrishnan, PN, Goel, N, Banerjee, S. (2017) Saline irrigation for the management of skin extravasation injury in neonates. The Cochrane database of systematic reviews 7(7), CD008404.

Stap 3: Appraise

De Methodologie

De Resultaten

Dufficy et al. (2022)

Nog geen resultaten toegevoegd.


Gopalakrishnan et al. (2017)

Nog geen resultaten toegevoegd.


Duffuct et al. (2022)

Uit een initiële selectie van 1769 artikelen werden uiteindelijk 27 studies opgenomen, waarin gegevens van 18 studies met in totaal 33 gevallen konden worden geëxtraheerd. Er werden geen klinische trials gevonden; de opgenomen studies bestonden vooral uit casestudies en case series. De studies waren voornamelijk gepubliceerd tussen 2010 en 2021, met een concentratie in de Verenigde Staten. Ze richtten zich voornamelijk op neonaten (67%). De behandelingen werden gecategoriseerd in eerste hulp, medische, chirurgische en verbandinterventies. Eerste hulp, zoals het stoppen van de IV en het verwijderen ervan, was de meest voorkomende interventie. Medische interventies omvatten het gebruik van hyaluronidase, antibiotica en honing. Chirurgische interventies waren onder meer chirurgische punctie en schoonmaak, debridement en huidtransplantatie. Dressings, zoals vochtig gaas en siliconenverbanden, werden veelvuldig gebruikt. De tijd voor wondgenezing varieerde aanzienlijk tussen de studies. Bij neonaten was de mediane wondgenezingstijd 34 dagen (interkwartielafstand [IQR]: 21–60), voor kinderen 25 dagen (IQR: 7–98) en voor adolescenten 276 dagen (IQR: 13–540). Veelvoorkomende symptomen voor behandeling waren zwelling, blaren, pijn, necrose en verkleuring van de huid. Na behandeling werden complicaties zoals littekens, necrose en calcinosis cutis gerapporteerd.

Conclusie van de Studie: De review concludeert dat er een gebrek is aan onderzoek naar extravasatiebeheer in de pediatrie. De meeste studies waren observationeel, en er was geen consensus over behandelmethoden of uitkomsten. Er is behoefte aan verder onderzoek en standaardisatie in het beheer van extravasatieletsels bij kinderen.

Gopalakrishnan et al. (2017)

De studie heeft geen geschikte gerandomiseerde gecontroleerde trials (RCT’s) of quasi-RCT’s gevonden voor verdere analyse. Daarom konden er geen resultaten of conclusies worden getrokken over de effectiviteit en veiligheid van saline irrigatie, met of zonder hyaluronidase infiltratie, voor de behandeling van extravasatieletsel bij neonaten. De review benadrukt het gebrek aan hoogwaardig bewijs in dit specifieke onderzoeksgebied.

Stap 5: Assess

Toepassing in de Praktijk

Binnen Tergooi MC zal deze informatie meegenomen worden in de ontwikkeling van een eenduidig protocol. Dit protocol en de CAT zal gedeeld worden met het multidisciplinair team, met uitleg over zowel het gebrek aan literatuur als het belang van klinisch redeneren bij extravasatie. Bekendheid met mogelijke interventies (zoals droog/nat, warm/koud, hyaluronidase) en beoogde doelen van behandeling zal vergoot moeten worden, zodat de juiste afwegingen gemaakt kunnen worden. Dit vraagt mogelijk om een educatiestrategie. Naar verwachting is geen motivatiestrategie nodig, het team zal bij extravasatie altijd gemotiveerd zijn om de beste behandeling te volgen.